Schiermonnikoog neemt je vanaf aankomst in beslag; een eiland om direct verliefd op te worden. In tegenstelling tot voorafgaande weken van onafgebroken zon is het op de dag van de plaatsing van de silowanden bij VOF De Kooiplaats bewolkt en miezert het lichtjes. De natuur ademt opgelucht, het groen krijgt weer de overhand. De vrachtwagens van Zwaagstra Beton worden vanaf het veer Lauwersoog – Schiermonnikoog verwelkomd door een zwerm van weidevogels, die nieuwsgierig rondom de vrachtwagens cirkelen. Het lijkt alsof ze net zo nieuwsgierig zijn als melkveehouder Rutger Talsma, die samen met zoon Jetze de vrachtwagens, bevracht met ieder zes silowanden, opwacht.
Rutger Talsma (54) is één van de zeven melkveehouders die dit waddeneiland rijk is. Samen met zijn vrouw Ali (54) en zonen Jetze (17) en Hilke (14) runt Rutger een multifunctioneel bedrijf waarin het houden van vijftig stuks melkvee en veertig schapen is verenigd met natuurbeheer en verblijfsrecreatie; goed voor maar liefst 100 slaapplekken. Dochterlief Meike (20) woont op het vaste land. De mix van bedrijfsactiviteiten is niet ongebruikelijk op het eiland, dat in toenemende mate populariteit geniet onder toeristen. Logisch: het eiland is niet toegankelijk voor auto’s en herbergt veel natuur; een verademing voor de gehaaste burgers. Zwaagstra Beton heeft een ontheffing ontvangen van de wethouder om de sleufsilowanden op het eiland te mogen plaatsen.
Talsma oogt ontspannen. Samen met stratenmaker Theo Stiva is het grondwerk voorbereid en zijn spanlijnen aangebracht als leidraad voor de chauffeurs van Zwaagstra Beton: Aalt Schouten en Johannes Zwaagstra. Het is maar even of de eerste silowanden worden direct vanaf de vrachtwagen op de juiste plek gezet. Er zijn nog vier Zwaagstra Beton vrachtwagens onderweg voor de resterende silodelen. Talsma kijkt toe en ziet dat het goed is. Er is tijd voor een gesprek aan de keukentafel.
Voorloper in de transitie
Het leven op ‘Schier’, zoals het eiland in de volksmond wordt genoemd, gaat mee met het ritme van de natuur en dat van het veer. De veerdienst van Wagenborg bepaalt wanneer je het eiland kunt bezoeken en verlaten. Veel werkzaamheden zijn hierop afgestemd. De chauffeurs van Zwaagstra hebben alle tijd; de volgende overtocht laat een paar uur op zich wachten.
Talsma: “Schiermonnikoog is vanuit het westen gerekend het vijfde bewoonde Nederlandse waddeneiland en behoort tot de provincie Friesland. Het eiland Schiermonnikoog is tevens een gemeente, die dezelfde naam draagt en kent 982 inwoners. Samen met de andere zes melkveehouders hebben we al in 2016 het initiatief genomen om met de provincie, Natuurmonumenten en het waterschap te onderzoeken hoe een optimale balans tussen veehouderij en natuur kon worden gevonden. Op het eiland bevinden zich unieke duingebieden, de zogenaamde ‘grijze duinen’, die een hoge mate van bescherming genieten. Dit betekende voor alle veehouders een extensivering van de bedrijfsvoering. Verlies in opbrengst en minder koeien worden gecompenseerd door natuurbeheervergoedingen. Schiermonnikoog is daarmee een voorloper in de transitie die de rest van Nederland lijkt te wachten. De gezamenlijke aanpak resulteert voor alle betrokkenen in een rendabele bedrijfsvoering. Dit wordt versterkt door de melk van het eiland als aparte melkstroom te laten verwerken tot kaas met de logische naam ‘Schier’. De Schierkaas wordt op het eiland volop geconsumeerd door de inwoners en talrijke bezoekers. Op het vaste land hebben we nog wel een lange weg te gaan om een plekje te verwerven tussen alle streekproducten.”
De investering in nieuwe sleufsilo’s is een resultante van de extensivering. De drie silo’s worden voor respectievelijk mais, organische mest en compost aangelegd. Door maaisel uit de natuurgebieden van het eiland te composteren levert Talsma een bijdrage aan natuurbeheer. De compost en organische mest dient weer als voedingsstof voor de landbouwgrond. Hierdoor is de toediening van kunstmest niet nodig. Een effectieve werkwijze zo blijkt, want de veestapel van Talsma is goed voor een jaarproductie van 9.800 kg met goede gehalten.
Nuchtere aanpak en praktische adviezen
De keuze voor silowanden van Zwaagstra Beton was volgens Talsma een logisch gevolg van een doortastende aanpak. “Vertegenwoordiger Einte Faber had afgelopen jaar al eens bij me gepolst of ik interesse had in de betonproducten van Zwaagstra. Op dat moment was ik echter nog niet in de markt. Een jaar later belde hij opnieuw, zoals we bij het laatste contact hadden afgesproken. Ik stuurde hem een ruwe tekening van mijn plannen en ontving per omgaande een goede offerte. Natuurlijk heb ik nog verder rondgekeken, maar eigenlijk stond de keuze vanaf het begin voor mij vast. Niet alleen de prijs stond me goed aan, ook de nuchtere aanpak, onderbouwd met goede praktische adviezen, ervaar ik als prettig.”
Einte Faber van Zwaagstra Beton lacht en geeft een nadere toelichting: “De silo’s worden opgebouwd uit 36 silo-elementen met hak van 1,64 bij 4,00 meter, waarmee een achterwand en vier zijwanden worden gecreëerd. De compostsilo kent één achterwand en één zijwand en is dus aan twee zijden open. Hiermee biedt deze silo volop bewegingsruimte om te composteren. De silowanden zijn sterk en duurzaam; ze dragen het KOMO-keurmerk en voldoen dus aan de hoogste eisen. We leveren silowanden met een aslast van 10, 15 en 20 ton. Omdat we overtuigd zijn van de kwaliteit van onze silowanden, bieden we een garantie van maar liefst 20 jaar.”
Veerdienst bepaalt werksnelheid
Faber vervolgt: “Zwaagstra produceert silowanden mét en zonder stootrand. Het voordeel van een silowand met stootrand is dat er geen voer of vuil in de hoeken achterblijft. Hierdoor blijft de sleufsilo schoner en gaat hij langer mee. Uiteraard produceren we ook hoek- en beginstukken. We leveren silowanden van alle gangbare hoogten. Ook de levering van silowanden met zijdoorvoer is mogelijk. Dit maakt het mogelijk perssappen uit de sleufsilo te leiden en gescheiden van het grondwater af te voeren. De voorbereidende werkzaamheden worden in overleg met de veehouder afgestemd, die op zijn beurt de lokale aannemer of stratenmaker instrueert. Een goede voorbereiding is het halve werk. Normaliter vindt het lossen binnen een tijdsbestek van een uur plaats, maar hier op het eiland hebben we meer tijd. De veerdienst bepaalt immers de snelheid waarmee we nu kunnen werken. Veerdienst Wagenborg schrijft voor dat we de vrachtwagens maximaal met 45 ton mogen belasten. Zo is deze klus ook voor onze chauffeurs een leuke en ontspannende afwisseling.”
Talsma hoort het betoog van Faber goedkeurend aan. “Een combinatie van opslag van mais, organische mest en compost is ook voor collega-veehouders op het eiland interessant.” Faber spitst glimlachend zijn oren: “Dat is niet aan dovemansoren gericht.” Binnen afzienbare termijn zullen ‘Schier’ en haar weidevogels ongetwijfeld meer Zwaagstra Beton vrachtwagens kunnen verwelkomen.
Boeren op een eiland brengt nog een extra dimensie met zich mee. De mythe van het strandjutten leeft nog steeds, zo blijkt. Talsma: “Als het stormt zijn de bewoners van het eiland klaarwakker en worden de stranden afgestruind op zoek naar handelswaar. Dat levert soms aardige vondsten op, zoals enkele jaren geleden toen een vrachtschip tal van containers verloor tijdens zwaar weer. Vergeet niet dat we het strand ook schoonhouden, hè”, besluit Talsma met een brede grijns.