Heb je vandaag de dag een melkveebedrijf, dan moet je met de tijd mee. Een geautomatiseerd meng- en voersysteem zoals de Vector is duurzamer dan de traditionele manier van voeren, vergroot je arbeidsflexibiliteit en kan bovendien meer melk en geld opleveren. Melkveehouder Ton Groot Roessink heeft hem anderhalf jaar in gebruik en is meer dan tevreden.
Vraag je Ton Groot Roessink naar het grootste voordeel van de Vector, dan noemt hij de arbeidsflexibiliteit. Samen met zijn vriendin Kim runt hij een melkveebedrijf in het Gelderse Baak en ook zijn ouders Anton en Anneke helpen geregeld mee op de boerderij. Ton vertelt: “Mijn vader is al een tijdje pensioengerechtigd. Dat was een van de aanleidingen om van traditioneel voeren over te stappen op een geautomatiseerd systeem. Want dat mijn vader nog steeds onze koeien stond te voeren in plaats van volop van zijn pensioen te genieten, dat wilden we niet langer op ons geweten hebben.”
Veilig en zelfstandig
De eerste stap naar geautomatiseerd voeren was de inzet van een elektrisch aangestuurde vermengwagen. Ton kon deze uitproberen via een bedrijf waarmee hij al langer samenwerkte. Dit leverde weliswaar een lager brandstofverbruik op, maar was prijstechnisch niet interessant. Dus zocht hij verder. Bij een vergelijking tussen de Vector van Lely en voerrobots van andere bedrijven stak de Vector er met kop en schouders bovenuit. Ton legt uit: ”Het systeem is flexibel en bleek gemakkelijk toepasbaar in ons bestaande bedrijf. We hoefden geen grote aanpassingen te doen. Daarnaast draait de Vector stand-alone, zonder kabels of rails, en werkt hij zelfstandig en veilig. Daar waren we wel van gecharmeerd.”
Duurzaam en milieuvriendelijk
De aanschaf van de Vector was een serieuze investering, maar Ton kwam in aanmerking voor de Milieu-investeringsaftrek (MIA) en de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil). Dit zijn twee regelingen waarmee het Rijk veehouders tegemoetkomt die willen investeren in een duurzame en milieuvriendelijke stal. “Dat was een opsteker”, aldus Ton. “Al denk ik dat de Vector zich op verschillende manieren terugverdient.”
Hij vervolgt: “De Vector maakt ons flexibeler, maar sleept ons ook sneller door lastige periodes met de koeien heen doordat hij ons veel werk uit handen neemt. Die tijd kunnen we voor andere dingen gebruiken. Het is lastig om er een bedrag op te plakken in euro’s, want er zijn meer variabele factoren dan alleen het andere systeem. Het voer is bijvoorbeeld geen jaar hetzelfde, dus een vergelijking is eigenlijk niet te maken. Maar wat ons wel opviel, is dat de gehaltes van onze melk vorig jaar omhoog gingen. Of dat aan de Vector ligt, kunnen we niet bewijzen, maar het was vervelender geweest als de gehaltes omlaag waren gegaan.”
Oplossing
Ton is blij dat de Vector hem en Kim veel werk uit handen neemt. Hierdoor zijn ze minder afhankelijk van de ouders van Ton, die op hun beurt meer van hun welverdiende vrije tijd kunnen genieten. Eigenlijk was er maar één ding waarvoor Ton bij de ingebruikname van de Vector een oplossing moest bedenken. Het kostte de Vector namelijk vrij veel tijd om de kleinste kalfjes te bereiken, die aan de andere kant van het bedrijf in een aparte schuur staan. Ton: “Ik heb Lely gebeld en samen met hen de oplossing bedacht. De Vector mengt nu wel de kleine porties voor deze kalfjes, maar zet dit partijtje voer aan het begin van de route apart. Ik brengt het vervolgens met de shovel naar de juiste plek. Dat werkt prima!”
Bedrijfsgegevens
In het buitengebied van het Achterhoekse dorp Baak, runnen Ton Groot Roessink en zijn partner Kim VOF Groot Roessink. Dit melkveebedrijf telt 175 koeien, waarvan 25 stuks droog en 100 stuks jongvee. Ze hebben 100 ha grond, waarvan 17 ha maïs en een rollend jaargemiddelde van 11.700 kg per koe per jaar, met 4,52% vet, 3,55% eiwit en een celgetal van 120.