Toen Martijn Blokhuis op een andere locatie opnieuw met zijn bedrijf begon, hield hij al rekening met automatisch voeren. De voerkeuken werd bijvoorbeeld al geïntegreerd in het stalontwerp. Negen jaar geleden hakte hij de knoop definitief door. Hij investeerde in een automatisch voersysteem, de Lely Vector, en zag de productie van zijn koeien sindsdien alleen maar stijgen. Iets waar hij andere melkveehouders, zeker die een Vector overwegen, graag over vertelt.
Op het erf van de firma Aantjes-Blokhuis hangt een serene rust. Hond Guus slaapt op de oprit. De stallen liggen er rustig bij. Zeker wanneer de koeien de wei in zijn. Melkveehouder Martijn Blokhuis combineert de Vector met weidegang en toch worden zijn koeien maar liefst zeven keer per dag gevoerd.
Tot 1.500 liter meer melk
De ingebruikname van de Vector leidde de afgelopen negen jaar tot een stijging van de ruwvoer inname per koe en daarmee tot een productiestijging. De koeien van Martijn produceren vandaag de dag zo’n 1.000 tot 1.500 liter meer dan toen hij nog zelf voerde. En dat niet alleen: de Vector scheelt hem ook een volledige arbeidskracht. Hij runt het bedrijf nu in z’n eentje, dat had anders niet gekund.
Eenvoudig systeem
‘Hector de Vector’ – zoals Martijn hem noemt – voert de droge koeien en melkkoeien zeven keer per dag in aparte groepen met verschillende rantsoenen. “Mijn doel was om het bedrijf in zijn nieuwe vorm eenvoudig op te zetten: zowel qua mechanisatie als qua systeem waar we mee werken. Dat is met de Vector goed gelukt. Hij haalt het voer zelf op in de voerkeuken, waar we verschillende producten naast elkaar kwijt kunnen. Op dit moment voeren we de koeien borstel. Door dat af te dekken met een zeiltje blijft het hartstikke goed en hoeven we de bak maar één keer per maand te vullen”, vertelt Martijn.
Spelen met voertijden
Martijn combineert de Vector sinds een jaar of vier met weidegang. Dit doet hij door de droge stof opname van zijn koeien bij te houden. Eten de koeien buiten veel, dan laat hij de Vector ze minder voeren en andersom. Daarnaast speelt hij met de voerpauzes: zo laat hij de Vector tot een bepaalde tijd voeren, en daarna alleen nog voer aanschuiven. Dit motiveert de koeien om naar buiten te gaan. Een uur voordat Martijn ze weer op stal wil hebben, begint de Vector weer met voeren. Zo ligt er weer vers voer wanneer de koeien de stal in lopen. Martijn: “Doordat de Vector mijn koeien zeven keer per dag van vers ruwvoer voorziet, eten ze meer dan voorheen en is hun productie flink gestegen. Dat vind ik gewoon geweldig”, aldus Martijn.
Qua rendement maakten de Milieu-investeringsaftrek (MIA) en de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil) de investering waard. Martijn vertelt: “Het is best een forse uitgave, maar deze regelingen van het Rijk gaven me de fiscale mogelijkheid om in de voerrobot te investeren. Ik werk nu negen jaar met de Vector en ervaar vooral meer arbeidsgemak. Dat ik daarnaast meer voer in de koeien krijg, is voor mij het tweede grote pluspunt.”
Bedrijfsgegevens
In Haastrecht, een stad in de Zuid-Hollandse gemeente Krimpenerwaard, runt Martijn Blokhuis de firma Aantjes-Blokhuis. Zijn melkveebedrijf met 90 ha grond telt 200 koeien, waarvan 20 droog, 180 melk en 35 stuks jongvee. Hij heeft een rollend jaargemiddelde van 9.500 kg per koe per jaar, met 4,30% vet, 3,35% eiwit en een celgetal van 169.
Klik hier voor de Podcast !
Klik hier voor meer informatie !