Op tomatenkwekerij Den Berk Délice in het Belgische Rijkevorsel zijn CARA MET-sensoren in gebruik genomen. Nieuwe inzichten leidden ertoe dat teeltmanager Lucas Aertsen binnen afzienbare tijd de watergeefstrategie moest aanpassen.
Op de locatie in Rijkevorsel staan bijna 10 hectare cherry- en cocktailtomaten onder belichting. Voorheen werd de watergift op het bedrijf aangestuurd op basis van kennis en ervaring, aangevuld met data van gewichtsmetingen, zo vertelt teeltmanager Lucas Aertsen. “Er waren al langer sensoren op de markt en we hebben daar in het verleden ook weleens mee gewerkt. Maar eerdere generaties waren erg gevoelig voor vervuiling en mede daardoor niet betrouwbaar. Je moest er erg naar omkijken en dat is nu juist wat je niet wilt als je een sensor aanschaft.”
Gedetailleerd beeld
De ervaringen met de CARA MET-sensor van SenseNL zijn vele malen positiever, geeft Aertsen aan. Den Berk Délice nam aan het begin één basisstation met tien sensoren in gebruik. Deze werden verdeeld over slechts twee matten om het systeem én de dynamiek van de waterhuishouding binnen de matten beter te kunnen doorgronden. “Zo is het weliswaar niet bedoeld, maar het laat wel heel gedetailleerd zien wat er door de dag heen in die twee matten gebeurt. Daardoor kwam ik er tijdens de hete periode in mei/juni al snel achter dat de EC in de mat rond het middaguur structureel hoger uitviel dan ik zelf had ingeschat. De sensoren zijn dus nauwkeuriger dan mijn eigen gevoel. Normaal gesproken bouw ik de beurtgrootte in zo’n periode vanaf half twee af, maar dat heb ik op basis van de verkregen data bewust uitgesteld.”
Aertsen is er inmiddels van overtuigd dat de tomaten dankzij de CARA MET-sensoren beter presteren dan dat zij zonder zouden hebben gedaan. Het eerste jaar werden de sensoren vooral ingezet om kennis en ervaring op te doen. Inmiddels hebben de sensoren elk een eigen mat toegewezen gekregen, verspreid over de afdeling. “Deze matsensoren geven mij veel meer zekerheid. Ze zijn een handig hulpmiddel om goed onderbouwde beslissingen te nemen, waardoor het gewas nog beter kan presteren.”