- Nederlands
In de natuur leren de biggen spelenderwijs van de zeug wat ze kunnen eten. De KZB-feeder van Verba speelt in op dat natuurlijke proces met een lage trog zodat de biggen bij het voer kunnen. Al na een paar dagen gaan de biggen mee-eten met de zeug. Bij spenen eten ze volop vast voer en weten ze precies waar ze hun voer moeten zoeken. Een speendip kennen ze niet meer, ze groeien door en zijn een week eerder op gewicht.
Biggen kopiëren van jongs af aan het gedrag van de zeug. Als een zeug gaat eten, kijken ze de kunst af. Met dat natuurlijke gedrag in het achterhoofd is de KZB-feeder van Verba ontwikkeld. Doel is één voerbak waaruit zowel de zeug als de biggen kunnen eten. Na spenen hoeven de biggen niet meer te zoeken waar ze hun voer vandaan moeten halen en hoe de voerbak werkt. De KZB-feeder heeft daarom een lage trog en het doseersysteem zit op een zodanige hoogte dat zowel de zeug als de biggen het kunnen bedienen.
Uitgebreid getest
Het prototype van de KZB-feeder is uitgebreid getest in de kraamopfokhokken van de familie Brummelhuis. De ervaring leert dat de biggen al vanaf de vijfde dag een beetje voer uit de trog halen. Ze kauwen er op en de speekselproductie komt op gang. De biggen gaan als vanzelf ook de prestarter vreten die ze daarnaast aangeboden krijgen. Aan het einde van de zoogperiode zijn de biggen al helemaal gewend aan vast voer. Ze hebben van de zeug afgekeken hoe het doseersysteem van de KZB-feeder werkt en kunnen het zelf bedienen.
Geen speendip
Bij spenen hoeven de biggen niet meer te leren waar ze hun eten vandaan moeten halen en ze zijn allemaal gewend om vast voer op te nemen. Enige wat de zeugenhouder hoeft te doen is de KZB-feeder te vullen met biggenvoer. De biggen vreten daar direct goed van en groeien na spenen gewoon door. Van een speendip is volgens Brummelhuis geen sprake meer. Resultaat is dat de biggen flink harder groeien en een week eerder op het gewenste gewicht zijn. Daarnaast hebben de biggen een betere gezondheid; de afgelopen twee jaar heeft de zeugenhouder geen problemen meer gehad met Streptokokken.
Minder arbeid
Werken met de KZB-feeder in een kraamopfokhok bespaart op arbeid: bij spenen is het niet nodig om een ander voersysteem in het kraamopfokhok te plaatsen. De voorraadbak van de KZB-feeder is groot genoeg voor de voeropname van 15 biggen. Daarnaast hoeft de zeugenhouder minder vaak schoon te maken, dat bespaart arbeid, water en mestproductie.
De ontwikkeling naar vrijlopende zeugen in het kraamhok werkt de overschakeling naar kraamopfokhokken in de hand: voor de vrijlopende zeugen is al snel een kraamhok van 6 tot 6,5 vierkante meter nodig. Dat is groot genoeg om als kraamopfokhok dienst te doen.
